Saturday, 19 February 2011

Taperen

Na mijn piekweekeinde vorige week ben ik nu aan het 'taperen': trainingsarbeid minderen zodat op de dag van de race de spieren maximaal uitgerust en fit zijn. Je kunt merken dat dat echt helpt wanneer na een paar dagen, wanneer het herstel inzet, je tijden plotseling sneller worden. Ook vandaag: 10 x 200 meter, de meeste in 2min50sec of iets minder, wat voor mij een mooi tempo is.

Taperen is overigens erg gemakkelijk als je het trainen zat aan het worden bent, wat voor mij de laatste tijd het geval is. Ik heb er geen enkele moeite mee om minder te trainen, en zie op dit moment op tegen het veel intensievere en extensievere programa dat ik vanaf maart zal moeten uitvoeren. Morgen de laatste echte training (8x1000 meter denk ik), de dagen daarna alleen nog maar een beetje 'spelen' zoals Marcel vdT het noemt. Na Rottnest ga ik een maand lang alleen maar spelen denk ik, en lekker crosstrainen (beetje lopen, fietsen, roeien), om even uit die betonnen bak water weg te zijn.

Hoewel ik zonder problemen een 10 km training kan afwerken, gaat de gezondheid toch niet echt lekker: al een week lang hoesten en buikloop. Ik heb nog een week om weer helemaal fit te worden. En zelfs al ben ik niet 100% fit, dan nog start ik en finish ik (extreme averij daargelaten) - voor mij hoort dat bij het ethos van Kanaalzwemmen, waar je de omstandigheden ook nooit voor het kiezen hebt, en waar ideale omstandigheden zeldzaam zijn. Een beetje zoals het leven zelf...

Komende woensdagmiddag neem ik het vliegtuig naar Perth, waar ik donderdagochtend aankom. Op donderdag tactiek bespreken en een proefstukje zwemmen met mijn schipper Gary en twee maten van hem, Mark en Mark, die me begeleiden in een kayak. Op vrijdagochtend een verplichte safety briefing voor alle zwemmers, en verder veel pasta eten, zoveel mogelijk slapen, en voedingen (sportdrank) voor de volgende dag voorbereiden. Op zaterdagochtend kwart over zes start ik.

De ambitie is om mijn niet zo snelle tijd van vorig jaar (7 uur en 16 minuten voor 19,7 km) te verbeteren, ook al was de zee vorig jaar ruw en ook al kun je eigenlijk geen twee Rottnest overtochten met elkaar vergelijken. Maar vorig jaar kwam ik om de tocht slechts te overleven, zwom de eerste helft rustig en de tweede nog rustiger, nam vrij lange drinkpauzes enzovoort. Dit jaar wil ik er met meer aggressie invliegen, ook al omdat het mijn inmiddels derde 20 km wedstrijd is. Hoewel ik weet dat de tweede helft geen pretje zal zijn, zorgt de inmiddels opgebouwde ervaring ervoor dat ik niet meer geintimideerd wordt door de afstand of door de pijn. Ik weet nu dat, hoe erg de pijn ook is, je je al een half uur na de race weer vrij normaal kunt voelen. (Het aanbod van schipper Gary om na de race een nacht lang met hem en zijn maten op het eiland Rottnest te gaan feesten heb ik echter af moeten slaan: deze 44-jarige wil mooi op tijd in zijn mandje liggen na 6-7 uur ploeteren.)

De mentale kracht die ik met deze Kanaalonderneming opdoe (of moet ik zeggen: 'ontdek'?) vind ik eigenlijk nog wel de grootste winst. De lichamelijke vorm (zowel in de zin van 'contouren' als 'conditie') kun je, nee zal je weer kwijtraken, maar de geleerde lessen blijven. Dat zijn er inmiddels al heel wat, en ze zijn op meer dan alleen zwemmen van toepassing.  Ik zal er op zeker moment nog eens wat over schrijven.

Mijn inmiddels alweer vijfde stukje voor het Brabants Dagblad is de deur uit. Deze keer eens wat meer over Bangladesh, alleen maar over zwemmen wordt zo saai. Ook leuk: het personeelblad van mijn werkgever, met een oplage van enkele tienduizenden exemplaren, wil een artikel over mij en mijn project voor het CIPRB doen, en verslag doen over de Kanaalpoging in Augustus. Hoewel de publiciteit me soms een beetje benauwt (stel dat de overtocht mislukt, dan sta je wel voor evenzoveel lezers te kijk), hoop ik dat de fondsenwerving zo een flinke zet in de rug krijgt. Die staat namelijk sinds de Nieuwsjaarsduik helemaal stil, vooral omdat ik nauwelijks tijd heb er serieus aan te werken.

No comments:

Post a Comment